Ontslagprocedure bij kantonrechter

In bepaalde gevallen is het mogelijk voor een werkgever en een werknemer om een ontslag onderling overeen te komen door middel van een vaststellingsovereenkomst. Helaas kan dit niet altijd en wanneer er geen goede afspraken gemaakt kunnen worden, dan moet er een ontslagprocedure worden gestart bij de kantonrechter. In dit geval zal de kantonrechter beslissen of het ontslag wel of niet mag vallen. Uiteraard gaat hier wel wat aan vooraf.

Het eerste deel van de procedure

Het eerste deel van de procedure verloopt schriftelijk. De werkgever zal de eerste stap moeten zetten door bij de kantonrechter een verzoekschrift voor het ontslag in te dienen. In bijzondere situaties zal de werknemer deze stap nemen. De rechtbank stuurt dit verzoekschrift door naar de tweede partij, in de meeste gevallen dus de werknemer. Dit zullen we verder ook aanhouden als standaard. De werknemer heeft vervolgens de kans om schriftelijk te reageren op het verzoekschrift in de vorm van een verweerschrift. De werknemer kan in dit verweer direct aangeven dat een transitievergoeding wenselijk is wanneer de kantonrechter besluit om de werkgever toestemming te geven om de medewerker te ontslaan. In de meeste gevallen worden de documenten door een juridisch adviseur opgesteld, zowel het verzoekschrift als het verweerschrift, maar dit is geen verplichting. Het is ook toegestaan om dit zelf te doen.

Het tweede deel van de procedure

Het tweede deel is niet schriftelijk, maar mondeling. Het gaat dan om een zitting in de rechtszaal. Allebei de partijen krijgen voor deze zitting een uitnodiging van de rechtbank. Het is gebruikelijk om de juridisch adviseur mee te nemen naar deze zitting, zodat deze het woord kan doen wanneer dit nodig of wenselijk is. Dit tweede deel van de ontslagprocedure vindt in de meeste gevallen vier tot zes weken na het afronden van het schriftelijke gedeelte plaats.

De mondelinge behandeling tijdens de zitting

In de regel is het zo dat de mondelinge behandeling tijdens de zitting start met het aanhoren van de standpunten van beide partijen. Het is gebruikelijk dat de juridisch adviseurs hier het woord doen, maar dit is niet verplicht. Wanneer de standpunten zijn geuit, dan kan de kantonrechter vragen stellen wanneer dit aan de orde is. Na het beantwoorden van deze vragen is het gebruikelijk dat de beide partijen de ruimte even verlaten. Bij het verzoek om de ruimte te verlaten wijst de kantonrechter erop dat het goed is om nog eens te bespreken of de partijen er niet onderling uit kunnen komen en kunnen schikken. Hierbij geeft de kantonrechter alvast een mening over de zaak, zodat ook dit kan worden meegenomen. Als de partijen in dit moment toch kunnen schikken, dan zal de kantonrechter geen uitspraak meer doen. Komen de partijen echt niet overeen, dan zal de kantonrechter nog wat vragen stellen en de partijen, indien nodig, nog eens aan het woord laten. De zitting kan vervolgens worden gesloten.

In hoger beroep gaan

Enkele weken na de mondelinge behandeling krijgen de beide partijen de beslissing thuis gestuurd. Hierin staat niet alleen vermeld wat de kantonrechter heeft besloten, maar er wordt ook in vermeld of de werkgever een transitievergoeding moet betalen of niet wanneer er is besloten dat het ontslag plaats mag vinden. Uiteraard wordt er altijd één van beide partijen in het ongelijk gesteld en deze partij heeft het recht om in hoger beroep te gaan. In dit geval zal de zaak voor het gerechtshof worden gebracht.